Jouw systemen ook koppelen met Konnekta?
Test ons platform gratis om te zien hoeveel tijd het jou bespaart.
In deze blogpost gaan we diep in op de wereld van API en softwarekoppeling. We bespreken hoe je software kunt koppelen, wat API en webhooks zijn, en hoe je deze effectief kunt inzetten. We baseren ons op onze ervaring met het Konnekta software integratieplatform.
Een API, oftewel Application Programming Interface, is een set regels en protocollen die softwareprogramma’s gebruiken om met elkaar te communiceren. Het functioneert als een brug tussen verschillende softwareprogramma’s, waardoor ze kunnen ‘praten’ en informatie met elkaar kunnen delen.
In de context van softwarekoppeling, wordt een API gebruikt om toegang te krijgen tot de gegevens van een specifieke database en haar tabellen in een softwarepakket. Deze ’toegangspoort’ wordt ook wel een API-eindpunt genoemd. Elk eindpunt heeft een unieke internetlocatie, en de informatie over deze eindpunten is te vinden in de API-documentatie van de betreffende softwareleverancier.
Om toegang te krijgen tot een API-eindpunt, heb je een API-sleutel nodig. Dit is een soort beveiligingscode die de gebruiker van de software kan uitgeven aan derden als hij daar rechten toe heeft.
Een webhook is een soort API die werkt op basis van ‘gebeurtenisgestuurde’ input. In plaats van te wachten op een verzoek van een client, stuurt een webhook automatisch gegevens naar andere applicaties wanneer er een bepaalde gebeurtenis plaatsvindt.
Webhooks worden ook wel ‘omgekeerde API’s’ genoemd, omdat ze werken door een bericht te sturen naar een vooraf ingesteld internetadres, gebaseerd op een wijziging in de gegevens van de software.
Net als een API, is een webhook een bewezen technologie die al vele jaren wordt toegepast in moderne software.
Softwarekoppeling is het proces van het verbinden van twee of meer softwarepakketten, zodat ze gegevens kunnen uitwisselen en samenwerken. Het is een essentieel onderdeel van veel bedrijfsprocessen, omdat het helpt om gegevensconsistentie te behouden, dubbele gegevensinvoer te voorkomen en workflows te automatiseren.
In essentie is een softwarekoppeling een stukje code dat als een boodschapper fungeert tussen twee verschillende softwarepakketten. Het stuurt digitale instructies naar de API-eindpunten van de softwarepakketten en kan gegevens versturen of ontvangen op basis van deze instructies.
Het proces van softwarekoppeling werkt op basis van het uitwisselen van instructies en gegevens tussen twee softwarepakketten. Deze instructies worden verstuurd via de API’s of webhooks van de softwarepakketten.
Er zijn verschillende instructies die een softwarekoppeling kan versturen, waaronder ‘GET’ (ophalen van gegevens), ‘POST’ (invoeren van gegevens), ‘PUT’ (wijzigen van gegevens) en ‘DELETE’ (verwijderen van gegevens).
Daarnaast kan een softwarekoppeling ook digitale berichten ontvangen van webhooks, die de triggers vormen om instructies te versturen.
Zoals eerder vermeld, zijn er verschillende instructies die een softwarekoppeling kan versturen naar de API’s van een softwarepakket. Hier is een kort overzicht van de meest voorkomende instructies en wat ze betekenen:
Het is belangrijk om op te merken dat niet alle API’s alle bovenstaande instructies ondersteunen. De beschikbare instructies zijn afhankelijk van de specifieke API en de rechten van de gebruiker.
Softwarekoppeling kan worden toegepast in verschillende scenario’s, afhankelijk van de behoeften van de gebruiker. Hier zijn twee voorbeelden van hoe softwarekoppeling in de praktijk werkt:
Stel dat je Zoho CRM gebruikt voor het beheer van je klanten en productgegevens, en dat je ook facturen verstuurt vanuit deze software. Daarnaast gebruik je Exact Online als boekhoudsoftware.
In Zoho CRM stel je een workflow in die een webhook activeert wanneer er een nieuwe klant wordt aangemaakt. Dit zelfde wordt gedaan voor artikelen en facturen.
Wanneer er een nieuwe klant wordt aangemaakt in Zoho CRM, wordt er door de webhook een digitaal bericht verstuurd naar het unieke internetadres van de softwarekoppeling. De softwarekoppeling ontvangt het bericht en de bijbehorende gegevens over de nieuwe klant en verstuurt een ‘POST’ instructie naar de API-eindpunt voor klanten van Exact Online. De nieuwe klantgegevens worden dan ingevoerd in Exact Online.
Stel dat je Zoho CRM gebruikt voor het aanmaken en versturen van facturen, en dat je Exact Online gebruikt als boekhoudsoftware. In dit geval wil je dat er in Exact Online alleen verkoopboekingen worden aangemaakt, gekoppeld aan de juiste klant en met de juiste grootboeknummers en BTW codes.
In Zoho CRM stel je een workflow in die een webhook activeert wanneer er een nieuwe factuur wordt verstuurd. De webhook verstuurt een bericht naar de softwarekoppeling, die vervolgens instructies verstuurt naar de API-eindpunten voor Salesentry en SalesEntryLines van Exact Online om de verkoopboeking aan te maken op basis van de factuurgegevens uit Zoho.
Voordat je webhooks in je app integreert, is het essentieel om hun functionaliteit te testen en te zorgen dat ze zich gedragen zoals verwacht. Twee populaire tools voor het testen van webhooks zijn RequestBin en Postman.
RequestBin is een eenvoudige online service waarmee je een tijdelijke eindpunt-URL kunt aanmaken om webhook-verzoeken vast te leggen. Je kunt de inkomende verzoeken inspecteren en de payload analyseren zonder een speciaal eindpunt op je server in te stellen.
Postman is een krachtige API-ontwikkelingstool die een breed scala aan mogelijkheden biedt voor het testen en debuggen van webhook-verzoeken. Je kunt een lokaal webhook-eindpunt maken met de ingebouwde mock-server van Postman of een lokale server opzetten met tools als Node.js en Express.
Het integreren van webhooks in je applicaties kan hun efficiëntie en gebruikerservaring aanzienlijk verbeteren. Hier zijn enkele tips om webhooks succesvol aan je apps toe te voegen:
Hoewel webhooks en API’s beide worden gebruikt voor de communicatie tussen softwareprogramma’s, zijn er enkele belangrijke verschillen tussen de twee.
API’s zijn ontworpen voor synchronisatie en vereisen dat de client (de software die de gegevens nodig heeft) een verzoek stuurt naar de server (de software die de gegevens heeft). De server reageert dan op het verzoek met de gevraagde gegevens.
Webhooks daarentegen zijn asynchroon en “duwen” gegevens van de server naar de client wanneer er een specifieke gebeurtenis plaatsvindt. De client hoeft niet te vragen om de gegevens; de server stuurt ze automatisch.
Het gebruik van API’s en softwarekoppeling kan je bedrijfsprocessen aanzienlijk verbeteren. Echter, het is belangrijk om ervoor te zorgen dat je de juiste tools en technieken gebruikt, en dat je je bewust bent van de mogelijkheden en beperkingen van deze technologieën.
Bovendien is het belangrijk om te onthouden dat het integreren van API’s en webhooks in je software enige technische kennis vereist. Als je niet zeker weet hoe je dit moet doen, of als je hulp nodig hebt bij het proces, aarzel dan niet om contact op te nemen met een professioneel software-integratieplatform, zoals Konnekta.
Konnekta biedt een breed scala aan diensten om je te helpen bij het integreren van software, het opzetten van API’s en webhooks, en het optimaliseren van je bedrijfsprocessen. Met hun hulp kun je ervoor zorgen dat je software soepel en efficiënt werkt, en dat je maximaal profiteert van de mogelijkheden van API’s en webhooks.
Ben je klaar om je software te koppelen en je bedrijfsprocessen te verbeteren? Neem vandaag nog contact op met Konnekta en ontdek wat zij voor jou kunnen betekenen!
Test ons platform gratis om te zien hoeveel tijd het jou bespaart.